AIVD weigert Verklaring van Geen Bezwaar korpschef
Op 16 juli jl. heeft de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) de korpschef van Zeeland een Verklaring van Geen Bezwaar (VGB) geweigerd.
Weigering op basis van uitgebreid onderzoek
De dienst is zich terdege bewust van het feit dat een weigering van een VGB grote gevolgen kan hebben voor mensen en hun omgeving. Als een weigering wordt afgegeven dan liggen daar altijd zwaarwegende redenen aan ten grondslag. De AIVD beoordeelt door middel van veiligheidsonderzoeken of personen kunnen voldoen aan de bijzondere eisen die aan vertrouwensfuncties zijn verbonden. Gronden van weigering kunnen zijn: een strafrechtelijk verleden, deelneming of steunverlening aan activiteiten die de nationale veiligheid dan wel de democratische rechtsorde schaden, óf persoonlijke gedragingen en omstandigheden die het risico met zich meebrengen dat niet voldaan kan worden aan de bijzondere eisen die aan vertrouwensfuncties zijn verbonden. Een besluit tot weigering is tot slot altijd gebaseerd op uitgebreid onderzoek en meervoudige onderbouwing van de gronden voor weigering.
Verdediging van de betrokkene tegen een weigering
Indien de AIVD voornemens is een VGB te weigeren worden de redenen hiervoor wel aan de betrokkene voorgelegd en die kan zijn zienswijze dan weergeven. Uiteindelijk is het aan de rechter om een finaal oordeel te vellen. Betrokkenen in een veiligheidsonderzoek kunnen bij de rechter bezwaar maken tegen een besluit van de AIVD. De rechter krijgt de volledige inhoud van het veiligheidsonderzoek tot zijn beschikking en kan alle stukken inzien zodat hij de bezwaren van de betrokkene in de juiste context kan bezien.
De AIVD kan zijn bronnen niet prijsgeven, ook niet in een veiligheidsonderzoek. Bronbescherming is het fundament onder de AIVD. Wanneer informanten niet worden beschermd, dan kan de dienst niet meer functioneren omdat mensen dan niet meer bereid zullen zijn om informatie met de AIVD te delen.
Verantwoordelijkheden inzake de uitvoer van veiligheidsonderzoeken
De AIVD kan veiligheidsonderzoeken instellen wanneer er een nieuw persoon wordt aangemeld voor een vertrouwensfunctie, wanneer iemand vijf jaar in een vertrouwensfunctie functioneert, of wanneer feiten of omstandigheden een nieuw onderzoek rechtvaardigen. Nederland kent tienduizenden vertrouwensfuncties met wisselende bezettingen. De verantwoordelijkheid om personen aan te melden die een vertrouwensfunctie gaan vervullen is belegd bij de werkgevers. De reden hiervoor is dat de werkgever het beste zicht heeft op de wisselingen in vertrouwensfuncties.
De AIVD eigent zich géén verantwoordelijkheden toe die niet aan de dienst zijn toebedeeld en zondert geen specifieke groepen uit van de geldende regelingen. Ook voor korpschefs geldt dat deze moeten worden aangemeld door de werkgever, oftewel de korpsbeheerder. In het geval van de korpschef Zeeland heeft de werkgever de betrokkene niet aangemeld voor een veiligheidsonderzoek. Het recente veiligheidsonderzoek naar de korpschef werd gestart omdat de omstandigheden een veiligheidsonderzoek rechtvaardigden.
Geen verband weigering en opzeggen vertrouwen OR korps Zeeland
De AIVD heeft geen betrokkenheid gehad bij het besluit van de OR van het korps Zeeland om zijn vertrouwen in de korpsleiding op te zeggen. De OR heeft zelf in de media aangegeven dat de aanleiding voor het opzeggen van het vertrouwen was: het regelmatig schenden van afspraken met de OR, het niet informeren van de OR over ontwikkelingen op het gebied van personeels- en financieel beleid en het ontbreken van vertrouwen in de korpsleiding binnen het korps in den brede. Tevens is door de OR aangegeven dat die problemen al langere tijd aan de orde waren binnen het korps.